Het verhaal van de netwerkswitch en de QRM op 20 meter
Wat leert u van onderstaand verhaal:
- Hoe u een storing kunt identificeren door er naar te luisteren
- Hoe u de veroorzaker van de storing kunt opsporen
- Hoe u na het opsporen van de veroorzaker van de storing kunt controleren of dit daadwerkelijk de boosdoener is
- Hoe u de storing kunt verminderen, door deze bij de bron aan te pakken
- U na een eerste poging om de storing te verminderen niet teleurgesteld moet zijn dat het u niet gelukt is om de storing volledig of niet we te krijgen
- Hoe u de storing verder kunt verminderen door extra maatregelen te nemen
Tegenwoordig is of kan bijna al onze appartuur in huis aangesloten worden op het internet, het internet of things, dit gaat van TV’s tot koelkasten tot koffiezetapparaten.
In dit voorbeeld vertelt een amateur zijn verhaal over de storingen die hij ondervond op de 20 meter band nadat hij verhuisd was naar zijn nieuwe woning. Bij de bouw van de woning was er op 14 punten in het huis de mogelijkheid een apparaat, bedraad, met het internet te verbinden middels een RJ45 wandcontactdoos. De wandcontactdozen waren middels Cat6 kabels op een 24 poorts IP netwerkswitch aangesloten.
De netwerkswitch en het modem bevonden zich in de garage. Alle apparatuur, TV, PC’s, internet radio’s, aangesloten op deze configuratie werkte perfect.
Alles in huis werkte tot tevredenheid, tot dat de amateur in kwestie zijn transceiver op 20 meter zette en hij om de 60 kHz een stoorsignaal met een sterkte van S7 hoorde. Op het scherm van zijn onvanger zag hij onderstaand spectrum.
Credits: QRM-Guru.
Op 14,150 MHz hoorde hij een mooie fluittoon. Met behulp van zijn draagbare Sony HF ontvanger, afgestemd op 14,150 MHz, liep hij door het huis op zoek naar de veroorzaker van deze storing. Het signaal hoorde aan als een multi tone data stroom. Waardoor hij besloot met ontvanger de netwerkaansluitingen in zijn huis nader te onderzoeken. Het bleek dat het stoorsignaal heel sterk ontvangen werd in de buurt van de RJ45 wandcontactdozen en in de buurt van de Cat6 kabels tussen de wandcontactdoos en het apparaat waarmee deze verbonden was. In de buurt van de netwerkswitch was het signaal het sterkst, de S-meter op de ontvanger wees nagenoeg volle schaal aan.
Zijn vermoeden was dat de storing van de netwerkswitch afkomstig moest zijn.
Zijn vermoeden werd bevestigd door de netwerkswitch uit te schakelen. De fluittoon op 14,150 MHz was verdwenen en ook de overige storingen om de 60 kHz waren verdwenen.
De grote was vraag nu: “Hoe ga ik dit probleem oplossen?”
Hij besloot dit probleem rigoureus aan te pakken door in plaats van 14 netwerk aansluitingen over te gaan op nog maar 10 netwerk aansluitingen. Dit betekende ook dat zijn 24 poorts netwerkswitch overbodig was en hij voldoende had aan een netwerkswitch met 8 poorten, samen met de 3 poorten op zijn modem had hij voldoende aansluitmogelheden voor zijn apparatuur.
De langste Cat6 kabels en de Cat6 kabels die het dichts in de buurt van zijn 20 meter antenne liepen koppelde hij los.
De 24 poorts netwerkswitch werd vervangen door een 8 poorts switch van een ander merk.
De QRM was gedaald met 4 S punten tot een S3, maar de storing was er nog steeds.
Om de storing nog verder te kunnen reduceren kocht hij een aantal ferriet kernen en voor de kabels waar hij geen ferriet kernen kon gebruiken kocht hij snap on kernen.
Iedere Cat6 kabel die uit de switch of het modem kwam voorzag hij van een ringkern met minimaal 6 windingen van de Cat6 kabel, zo dicht mogelijk bij de switch en het modem.
Tevens voorzag hij alle kabels tussen de RJ45 wandcontactdoos en het apparaat dat op deze wandcontactdoor aangegsloten was van een ringkern met minimaal 6 windingen van deze kabel.
Credits afbeeldingen: QRM-Guru.
Het stoorniveau was nu gedaald tot een acceptabele S1.